Een longarts houdt zich bezig met het opsporen en behandelen van longkanker. 

Als gesproken wordt van longkanker gaat het meestal over kanker die ontstaat in de luchtpijpvertakkingen (bronchiën). Men spreekt meestal van longkanker, hoewel het eigenlijk een aandoening van de luchtpijpvertakkingen is en niet van de longblaasjes. Longvlieskanker en kanker aan de longblaasjes komt veel minder vaak voor.

Om te kunnen vaststellen wat er exact aan de hand is zal de longarts diverse onderzoeken verrichten. Dit begint in de regel met een röntgenfoto van hart en longen en een algemeen bloedonderzoek. De longarts kan vervolgens afhankelijk van de situatie divers aanvullend onderzoek afspreken. Te denken valt hierbij aan:

• Een CT scan van de longen en het bovenste deel van de buik:  zo worden details van de tumor zichtbaar en eventuele uitzaaiingen kunnen worden gesignaleerd.
• Een longfunctie om de longinhoud vast te stellen.
• Een bronchoscopie¹⁾ waarbij getracht wordt hapjes uit de tumor te nemen zodat het type kanker kan worden bepaald.

De longarts licht de bevindingen en het advies vervolgens toe aan de patiënt en zijn naasten.

De patiënt krijgt vaak ook te maken met andere artsen, zoals de radiotherapeut, de chirurg, de neuroloog en de medisch oncoloog. Deze worden door de longarts om advies gevraagd en brengen aan hem verslag uit.

¹⁾ Een bronchoscopie is een onderzoek waarbij de luchtwegen (bronchiën) aan de binnenkant bekeken kunnen worden. Dit wordt gedaan door middel van een dunne buigzame slang met een kijker en een lampje, de bronchoscoop genoemd. Bovendien kunnen via deze bronchoscoop, zonodig, kleine stukje weefsel weggenomen worden voor nader onderzoek.